Olifanten en ander wild spotten in het national park

Sawatdii ka! Ik heb weer veel te vertellen, dus tijd voor een nieuw verslag. Zondag vertrokken we met de trein uit Bangkok naar Pak Chong. Een ticket kostte nog geen euro en de reis duurde ongeveer 4 uur. Heel wat anders dan bij de NS dus. Maar daar krijg je dan ook een treinreis voor die heel anders is dan in Nederland. We zaten in de 3e klas, wat betekent dat we tussen de locals zaten in een warm treinstel met ventilators (airco zit alleen in de duurdere wagons). Gelukkig konden we nog een zitplaats bemachtigen, mensen die later instapten moesten staan, zo druk was het. Naast mij zat een Thaise vrouw met haar 2 dochters. In de trein liepen verkopers rond die snacks en drinken verkochten. De snacks waren gekookte eieren, kipspiesjes en zakjes insecten (een soort grote vliegen). De vrouw naast mij kocht zo'n zakje en hield het voor onze neuzen. Of we er een wilden proeven? Ja natuurlijk, waarom niet, we zijn hier om nieuwe dingen te ervaren toch? En het smaakte niet eens zo vies, vooral heel knapperig en het is wel een beetje raar om die pootjes op je tong te voelen. Maar nu was het onze beurt. We lieten de vrouw en haar dochters een roze autodropje proeven. Vooral de oudste dochter vond het heel erg vies, haha, ze slikte het met veel moeite door en schudde hard haar hoofd toen we met gebaren vroegen of ze het lekker vond. Het uitzicht uit het raam werd steeds groener naarmate we verder van Bangkok raakten. Uiteindelijk reden we praktisch door de jungle, wat een contrast met de drukke, enorme stad.
Na een paar uur kwamen we aan in Pak Chong en werden we na een telefoontje met het Greenleaf Guesthouse naar het hostel gebracht. Twee Duitse jongens die in dezelfde trein hadden gezeten liftten met ons mee. We hebben een simpele tweepersoonskamer met badkamer (met alleen koud water) voor iets meer dan 3 euro per persoon per nacht. 's Avonds zitten we gezellig met een hele groep buiten bij het "restaurant" van het hostel (een paar tafels en banken om aan te zitten, en de keuken is wel overdekt, maar open aan 2 kanten.). Het hostel biedt 2 tours aan door het Khao Yai National Park aan, we besluiten de halve dagtocht op maandag te boeken en de hele dagtocht op dinsdag. De 2 Duitse jongens van de trein (Gabriel en Julius) doen hetzelfde.
De halve dagtour op maandag begon met zwemmen in een bron. Daarna reden we door naar een grot. De gids vertelde over de verschillende beestjes die we onderweg tegen kwamen, onder andere tarantula's en heel veel vleermuizen. Toen het bijna donker was kwamen we de grot uit en reden we naar een open plek, vanaf waar we de opening van een andere grot konden zien. Elke avond komen duizenden vleermuizen naar buiten vliegen om op jacht te gaan. Je kon ze helaas niet heel goed zien, omdat het al donker was toen ze eruit kwamen, maar met de maan op de achtergrond zag je dat het een hele zwerm was. Terug in het hostel bestelden we hetzelfde eten als de dag ervoor: Pad Thai, een erg lekker noodle gerecht. Daarna bleven we weer de hele avond in het restaurant zitten met de andere backpackers.
Dinsdag hadden we de hele dag in het national park. Het grootste deel van de tour zaten we achterin een pickup truck, net als een safari, maar er was ook een hike door de jungle van 3-4 uur en aan het eind een bezoek aan een waterval. We hebben veel wilde dieren gezien: makaken, gibbons, herten, eekhoorns, spinnen, slangen, neushoornvogels én een olifant. Vooral de olifant was heel bijzonder, onze gids vertelde dat dit de eerste keer was in 10 dagen dat hij er weer een zag tijdens een tour. We hadden geluk dus! Olifanten zijn op zich niet heel bijzonder in Thailand, maar de meeste olifanten leven in gevangenschap. Het leuke aan het national park is juist dat alle dieren wild zijn en in hun natuurlijke omgeving leven. ' s Avonds is het rustig in het hostel, de meeste mensen zijn al doorgereisd naar een volgende bestemming. Wij bleven nog een nachtje en vandaag zijn we doorgereisd met de trein naar Ayutthaya (of teruggereisd, want Ayutthaya ligt tussen Pak Chong en Bangkok). Gabriel en Julius zijn met ons meegereisd, en we slapen in het hostel dat we als tip hebben gekregen van iemand die we in het Greenleaf hostel in Pak Chong hadden ontmoet. We blijven in elk geval 2 nachten, want morgen is het Loy Krathong, een Thais lichtjesfestival, wat leuk schijnt te zijn om in Ayutthaya mee te maken.
We zijn bijna een week onderweg, maar het voelt zelfs langer omdat we zoveel gezien en gedaan hebben. Ook hebben we nu wat meer mensen ontmoet dat toen we in Bangkok zaten, dus dat is heel gezellig. De foto's die bij dit verslag horen komen later nog, ik heb mn sd kaart waar ze op staan nu even niet bij de hand.
Groetjes!